Boekenlegger

Op deze pagina vertel ik je graag over boeken die ik lees en die ik de moeite waard vind om onder je aandacht te brengen.

 Ik heb vaak lelijk horen praten, nichtje. En denken. Lelijk, o zo lelijk. Gedachten zijn vrij, maar het blijven gedachten. Als zij geen waarheid vinden om in te wonen, zijn zij arme zwervers en slapen onder bruggen.
(uit: Voorgoed weg, pag 108)

Sommige boeken lees je en leg je neer. Dit boek leg je niet zo gauw neer, al is het maar omdat de twee delen samen 1500 pagina’s dik zijn. En je, ik althans, er nooit meer dan tien van achter elkaar kan lezen. Dus neerleggen is toekomst.

Je moet ervan houden, je moet het aankunnen en je moet volhouden. Je moet van taal houden, kunnen glimlachen om briljante taalvondsten en innerlijk beweeglijk genoeg zijn om vertrouwde zegswijzen van drie kanten te belezen.

Maar dan heb je ook wat. Vijftienhonderd pagina’s ongebreidelde fantasie, volkomen ‘off the board’, oeverloos en kant noch wal, vijftienhonderd pagina’s lichtvoetige taalspeelsheid. Harrie Geelen wordt een taaltovenaar genoemd. Maar hij is meer, hij is een absolute meesterverteller.

Ik heb het boek altijd klaar liggen, voor als ik nodig even bij moet komen van het leven dat zichzelf al te ernst neemt. Om me even te laven aan prinsen, schobbejakken en faunen, heksen en nixen, trol en trul.

De weg naar Voorgoed (uitgeverij van Oorschot, Amsterdam 2018) en Voorgoed weg (idem. Amsterdam 2019)
De boeken liggen aan de basis van de legendarische televisieserie van de KRO voor kinderen in de jaren zeventig: Kunt U mij de weg naar Hamelen vertellen, meneer?

Ooit kreeg ik de wijze raad: als je ziek bent, lees een kinderboek. En dat resulteerde over de jaren in een heuse kinderboekenbibliotheek-aan-huis.

Een van de recentere highlights daarin is de sublieme trilogie van Catherine Doyle over het eiland Arranmore: Storm Keeper’s Island. Over twee hedendaagse pubers en hun excentrieke grootvader die op eigenaardig magische wijze de herinneringen van het eiland weet vast te leggen in de kaarsen die hij giet. Met die kaarsen duiken de kinderen het verleden van het eiland (en van de Ierse mythologie) in, om het op te nemen tegen donkere krachten uit dat verleden.

Een verhaal dat je als in een achtbaan meeneemt, stormkracht acht wel te verstaan want we hebben het immers over de atlantische westkust van Ierland. En het boek is zo Iers als Iers wezen kan. Zo’n boek moet je lezen op een winteravond bij een turfvuur, maar ook als je dat niet bij de hand hebt (en ook als je niet ziek bent) is het a thumpin’ good read.

The Stormkeeper’s Island (uitgeverij Bloomsbury, GB 2018)
The Lost Tide Warriors (idem. 2019)
The Stormkeeper’s Battle (idem. 2021)
Vertaald in het Nederlands als trilogie Stormwachter (uitgeverij Fantoom, 2019)